Sponsoring of sponsering? Wat verkies jij?
De spelling van het zelfstandig naamwoord is sponsor. Zowel het meervoud op –s als op –en is mogelijk. Het meervoud sponsors is het gebruikelijkst. Sponsoren is formeler dan sponsors en kan zonder context bovendien verkeerd worden gelezen als spons-oren.
Net als sponsoring schrijf je ook het werkwoord sponsoren met twee o’s: sponsoren (sponsort – sponsorde – gesponsord).
Uitspraak:
/spɔnsɔrɔn/of /spɔnzɔrɔn/ – Even horen hoe het klinkt?
De tweede o is in het Nederlands meer een uh-klank dan een oh-klank en is zo zwak dat we die bijna niet horen.
Dat verklaart waarom de foutieve schrijfwijzen sponseren en sponsering regelmatig opduiken, bijvoorbeeld op Twitter en ook vandaag weer in het artikel op Zita hieronder.
Deze gratis taaltip werd gesponsord door De Woordenwerf.
© 2014 John Vanormelingen